Raamwerk

1. Hulpvraag:
   1. Wat is de reden dat je deze training begonnen bent?
      1. Wie, wat, waar, wat maakt dat vragen stellen.
   2. Waar loop je tegen aan in onze relatie?
      1. Welk aspect voelt het meest ongemakkelijk?
      2. Wie, wat, waar, wat maakt dat vragen stellen.
   3. Welke emotie ervaar je hierbij?
   4. Waar in je lichaam voel je deze emotie?
      1. Hoe voelt deze sensatie? Drukkend, pijnlijk…
   5. Herken je dit gevoel van vroeger in je jeugd?
      1. Hoe oud was je toen?
      2. Wat heeft zich toen afgespeeld.
      3. Wie, wat, waar, wat maakt dat vragen stellen.
      4. Welke negatieve overtuiging ben je toen over jezelf gaan vormen?
         1. (Negatieve overtuiging kan zijn: Ik ben niet goed genoeg. Ik ben het niet waard. Qua hoofd weet je het vaak wel dat dat niet klopt, maar qua gevoel geloof je dat.)
2. Doelstelling:
   1. Wat wil je persoonlijk bereiken binnen jullie relatie?
      1. Doelstelling wordt positief gesteld, in het nu (niet ik gaan.., maar bv. Ik blijf bij mezelf of Ik sta in mijn kracht), begint met IK
   2. Is het doel makkelijk haalbaar?
      1. Zorg ervoor dat je doel makkelijk haalbaar is. Het is beter om meerdere kleine stappen te nemen dan één hele grote die je niet kunt bereiken. Anders raak je teleurgesteld, en dat is niet bevorderlijk voor de relatie en je gemoedstoestand.
3. Welke factoren belemmeren jou:
   1. Wat maakt het moeilijk voor jou om je doel te bereiken? Met andere woorden, wat houdt je tegen?

Naast jullie persoonlijke doel stel je ook een gezamenlijk doel. Dit is waar jullie gezamenlijk naartoe gaan. Dus: Wat willen jullie bereiken als jullie de training klaar hebben?

Doelstelling wordt positief gesteld, in het nu (niet ik gaan.., maar bv. Wij hebben een positieve communicatie of Wij hebben verbinding), begint met WIJ